Namen van dieren in het Frans

Inhoudsopgave:

Namen van dieren in het Frans
Namen van dieren in het Frans
Anonim
Aardeekhoorn - le tamia
Aardeekhoorn - le tamia

Het vinden van namen van dieren in het Frans is niet bijzonder moeilijk als je weet waar je moet zoeken! Het leren van dierennamen wordt over het algemeen onderwezen als de klas werkt aan thema's als 'de boerderij' of iets dergelijks.

Namen van dieren in het Frans

Of je nu op zoek bent naar de namen van dieren in het Frans voor een project voor school of gewoon om een thema te voltooien dat je in het Frans bestudeert, deze lijsten geven je meer dieren dan je je kunt herinneren!

Insecten (Les Insectes)

Hier zijn een paar dieren die je op de grond rondkruipt. Er zijn veel idiomatische uitdrukkingen die verwijzingen bevatten naar zowel la fourmi (mier) als le cafard (kakkerlak).

  • Bij - l'abeille
    Bij - l'abeille

    Ant - la fourmi (lah foor-mee)

  • Bee - l'abeille (lah bay-uh)
  • Kever - le scarabée (luh skah-rah-bay)
  • Vlinder - le papillon (luh pah-pee-yohn)
  • Caterpillar - la chenille (lah shuh-nee-uh)
  • Kakkerlak - le cafard (luh cah-fahr)
  • Cricket - le criquet (luh kree-kay)
  • Firefly - la luciole (lah lu-see-yol)
  • Sprinkhaan - la sauterelle (lah so-trel)
  • Lieveheersbeestje - la coccinelle (lah ko-see-nel)
  • Mosquito - la moustique (lah moo-steek)
  • Praying mantis - la mante religieuse (lah mahnt ray-lee-juhs)
  • Slak - l'escargot (les-car-go)
  • Spider - l'araignée (lah-rayn-yay)
  • Worm - le ver (luh vehr)

Boerderijdieren (Les Animaux de la Ferme)

La ferme is een bijzonder populair leerthema bij kleuters.

  • Koe - la vache
    Koe - la vache

    Bull - le taureau (luh tuh-ruh)

  • Vee - les bovins (leg bo-vahn)
  • Kip - le poulet (luh poep-lay)
  • Koe - la vache (lah vahsh)
  • Ezel - l'âne (lahn)
  • Eend - le canard (luh cah-nar)
  • Eendje - le caneton (luh cah-nay-toh)
  • Geit - la chèvre (lah sheh-vruh)
  • Gans - l'oie (lwah)
  • Hen - la poule (lah zwembad)
  • Paard - le cheval (luh shuh-vall)
  • Lam - l'agneau (lah-nee-ho)
  • Llama - le lama (luh lah-mah)
  • Muis - la souris (lah soo-ree)
  • Muilezel - de muilezel (lah mool)
  • Struisvogel - l'autruche (lo-lijster)
  • Varken - le cochon (luh coo-shohn)
  • Pony - le pony (luh po-nay)
  • Rendieren - la renne (lah ren)
  • Rooster - le coq (luh cock)
  • Schapen - le mouton (luh moo-tohn)
  • Waterbuffel - les buffles d'eau (lay boof-luh-doh)

Huisdieren (Les Animaux Domestique)

Leer je leerlingen de namen van hun huisdieren, zodat ze over hun hele familie kunnen praten.

  • Cavia - la cochon d'Inde
    Cavia - la cochon d'Inde

    Cat - le chat (luh shah)

  • Hond - le chien (luh shee-ehn)
  • Ferret - le furet (luh fyoo-ray)
  • Goudvis - le poisson rouge (luh pwah-ssohn-rooge)De "g" is zacht zoals in de tweede "g" in "garage."
  • Gerbil - la gerbille (lah jhair-bee-yuh)
  • Cavia - le cochon d'Inde (luh coo-shohn dande)
  • Hamster - le hamster (luh am-trap)
  • Kitten - le chaton (luh shah-tohn)
  • Parkiet - la perruche (lah peer-ush)
  • Parrot - le perroquet (luh paar-rho-kay)
  • Puppy - le choit (luh shee-oo)

Bosdieren (Les Animaux Forestiers)

Een ander populair thema is het bestuderen van het bos en de dieren die daar leven.

  • Herten - le cerf
    Herten - le cerf

    Antilope - l'antilope (lahn-tee-lohp)

  • Badger - le blaireau (luh blair-o)
  • Bat - la chauve-souris (lah shove-soo-ree)
  • Beer - l'ours (loors)
  • Beaver - le castor (luh cah-stohr)
  • Vogel - l'oiseau (lwah-so)
  • Vogels - les oiseaux (lays-wah-so)
  • Eekhoorn - le tamia (luh tam-yah)
  • Herten - le cerf (luh sairf)
  • Elk - l'élan (lay-lahn)
  • Fox - le renard (luh ruh-nahrd)
  • Moose - l'original (lor-ee-nyahl)
  • Otter - la loutre (lah loo-truh)
  • Uil - le hibou (luh ee-boo)
  • Porcupine - le porc-épic (luh varkensvlees-ay-peek)
  • Konijn - le lapin (luh lah-pahn)
  • Wasbeer - le raton-laveur (luh rah-tohn-lah-vuhr)
  • Ram - le bélier (luh bay-lee-ay)
  • Eekhoorn - l'écureuil (lay-cure-eye)
  • Wolf - le loup (luh loo)

Reptielen (Les Reptielen)

Je kunt een studie over reptielen opnemen terwijl je ook Franstalige landen bestudeert waar enkele van deze meer exotische wezens leven.

  • Krokodil - de krokodil
    Krokodil - de krokodil

    Alligator - l'alligator (lah-lee-gah-tohr)

  • Krokodil - le krokodil (luh kroe-koe-deel)
  • Kikker - la grenouille (lah grun-wee-yuh)
  • Lizard - le lézard (luh lay-sahr)
  • Snake - le serpent (luh sair-pont)
  • Toad - le crapaud (luh crah-poe)
  • Turtle - la tortue (lah tor-ook)

Zoodieren (Les Animaux au Zoo)

Wie houdt er niet van een uitstapje naar de dierentuin? Maak een excursie extra productief met deze geweldige woordenschat.

  • Aap - le singe
    Aap - le singe

    Miereneter - le fourmilier (lu-foor-mee-lee-ay)

  • Ape - le singe (luh sehnge)Merk op dat de "g" zacht is, net als de tweede "g" in "garage."
  • Baviaan - le babouin (luh bah-bwehn)
  • Buffalo - le buffle (luh boo-fluh)
  • Camel - le chameau (luh shah-moe)
  • Cheetah - le guépard (luh gay-par)
  • Coyote - le coyote (luh kee-yoht)
  • Olifant - l'éléphant (lay lay-fohn)
  • Gazelle - la gazelle (lah gah-zell)
  • Giraffe - la giraf (lah gee-rahff)Merk op dat de "g" zacht is, zoals in de tweede "g" in "garage."
  • Gorilla - le gorille (luh gour-ee)
  • Nijlpaard - l'nijlpaard (lee-poh-poh-tahm)
  • Jaguar - le jaguar (luh jhah-gwar)
  • Kangoeroe - le kangourou (luh kahn-goo-roo)
  • Leopard - le léopard (luh lay-oh-par)
  • Leeuw - le leeuw (luh lee-ohn)
  • Monkey - le singe (luh sanj)
  • Struisvogel - l'autruche (lo-troosh)
  • Panda - le panda (luh pahn-dah)
  • Panther - le panthère (lah pahn-tair)
  • Rhinoceros - le rhinocéros (luh-ree-noh-sair-os)
  • Tiger - le tigre (luh tee-gruh)
  • Zebra - le zèbre (luh zeh-bruh)

Oceaandieren (Les Animaux Océaniques)

Terwijl je dingen bestudeert die zich in of nabij de oceaan bevinden, zorg ervoor dat je prikborden en werkbladen in het Frans en Engels maakt.

  • Dolfijn - le dauphin
    Dolfijn - le dauphin

    Clam - la palourde (lah pah-heerd)

  • Krab - le crabe (luh crahb)
  • Dolfijn - le dauphin (luh do-fahn)
  • Paling - l'anguille (lohn-gee-uh) Let op de "g" is moeilijk zoals in de eerste "g" in "garage."
  • Kluizenaarkrab - l'ermite (lehr-meet)
  • Jellyfish - la méduse (lah may-dooz)
  • Kreeft - le homard (luh oh-mar)
  • Manatee - le lamantin (luh lah-mah-tahn)
  • Oester - l'huître (luh-hwee-truh)
  • Pelican - le pélican (luh pay-lee-kahn)
  • Penguin - le pingouin (luh pehn-gwahn)
  • IJsbeer - l'ours blanc (loors blah-unk)
  • Seahorse - l'hippocampe (leep-oh-kahmp)
  • Seal - le phoque (luh fawk)
  • Sea Lion - l'otarie (loh-tah-ree)
  • Shark - le requin (luh ri-kahn)
  • Starfish - l'étoile de mer (lay-twahl-duh-mare)
  • Stingray - la pastenague (lah pahs-ten-ah-gay)
  • Inktvis - le calamar (luh kal-ah-mahr)
  • Walrus - le morse (luh mohrs)
  • Walvis - la baleine (lah bell-ehn)

Oefening baart kunst

Hoe meer je deze lijst bestudeert en de uitspraak oefent, hoe beter je kunt communiceren over verschillende soorten dieren in de Franse taal.

Aanbevolen: